Signaal
De ruimte op de televisiekabel is ingedeeld in kleine blokjes. Dit noemen we frequenties. Analoge en digitale televisie wordt op deze frequenties naar de klant verzonden. Bij digitale televisie spreken we niet van een kanaal maar een transportstream. De televisiezenders worden per bundel van 4 tot 7 kanalen in deze transportstreams over de diverse frequenties naar de klant toegezonden. Deze transportstreams zijn individueel te meten. dBµV = Decibel microvoltSignaal wordt in sterkte gemeten in dBµV. Dit geeft de sterkte aan van het signaal. Dit signaal moet volgens de specificaties van de techniek achter de kabel voldoen aan voorwaarden voor sterkte van het signaal. De aanbieder heeft zich hierbij te houden aan minimale niveaus van het af te leveren signaal. Een apparaat heeft een minimale hoeveelheid van dit signaal nodig om zijn werking goed te doen. MER = Modulation Error RateDigitaal signaal wordt gemoduleerd naar de klant over de kabel verstuurd.
Signaalfouten
De MER is het foutniveau wat ontstaan bij transport over de kabel. De MER moet net als de signaalsterkte ook voldoen aan bepaalde eisen om de diensten goed te laten werken. BER = Bit Error Rate. De BER is direct gerelateerd aan MER. Digitaal signaal bestaat uit bits. Als de modulatiefouten heeft ontstaan er ook bit fouten in het signaal. Dit is geen probleem want de techniek is erop ingericht dat fouten gecorrigeerd worden. Maar als er teveel bitfouten zijn kan er geen foutcorrectie meer toegepast worden op de apparatuur. Het gevolg daarvan is digitale televisie storing.